Stoppen met parallel verga­deren

Voorzitter, ik moet zeggen dat ik de afgelopen dagen enig ongemak heb gevoeld over de hoeveelheid tijd die ik heb besteed aan het zojuist besproken agendapunt reglement van orde, en aan deze motie over parallel vergaderen. Tijd die je besteedt aan de vorm van de beraadslaging, kun je immers niet besteden aan inhoud. Maar de vorm moet wel op orde zijn om recht te kunnen doen aan de inhoud.

Partijen van links tot rechts, coalitie en oppositie, agrarisch en natuur-georiënteerd, zijn van mening dat zij hun werk beter uit kunnen voeren als er niet parallel wordt vergaderd. We zien nu met grote regelmaat dat partijen verstek laten gaan bij een vergadering, en al vaker merkte ik dat ik daar zelf van baalde omdat ik wist dat mensen die op dat moment bij een andere commissie zaten een hele interessante visie hadden op het agendapunt dat voorlag bij de commissie waar ik zat.

We zijn het er allemaal over eens dat het werk van het waterschap steeds relevanter wordt, en dat heeft ook gevolgen voor de zwaarte en de politieke gevoeligheid van agendapunten. Je wil aan dit toenemende belang zorgvuldig recht doen. Het is bv. heel redelijk om bij bepaalde agendapunten een AB-lid aan tafel te willen hebben, maar een AB-lid kan zich niet splitsen en verplaatst zich ook niet in een oogwenk van de ene naar de andere vergaderlocatie. Voor kleine en met name eenpersoonsfracties is dat een wezenlijk probleem. Dit is niet iets dat zich door slimme planning laat oplossen. Wat voor de ene partij een hamerstuk is, maakt bij de andere veel los. En dan heb je natuurlijk ook nog te maken met de verdeling van portefeuilles en van kennis binnen een fractie. Dat loopt erg uiteen.

Voorzitter, de reden dat ik deze voorbeelden met u deel, is om te illustreren hoe deze wijziging in ons vergadermodel de kwaliteit van onze beraadslagingen kan verbeteren.

Maar ik had mijn toelichting ook veel korter kunnen houden. Want heel wat AB-leden en fracties geven al langere tijd aan zich niet prettig te voelen bij parallel vergaderen. Laatst bleek in de commissie bestuur dat dit een overgrote meerderheid was, wat nu ook naar voren komt in de steun voor deze motie. En voorzitter, zoals iedereen weet vindt de Partij voor de Dieren het belangrijk om te luisteren naar minderheden, maar het valt niet te rijmen met democratische beginselen om de meerderheid te negeren. Wat ons betreft zit er maar een ding op:

Stoppen met parallel vergaderen. 

En hoe daar dan het beste invulling aan kan worden gegeven, daar moet zorgvuldig naar worden gekeken. Daar geven wij de ambtelijke organisatie en de werkgroep nieuwe werkwijze met deze motie de tijd voor. En laat ik er ook bij zeggen: het is geenszins onze bedoeling om met deze motie een berg werk over de schutting te gooien. We hebben concrete suggesties in de motie opgenomen ter inspiratie. Ik zou het daarnaast aanmoedigen als mede-indieners van deze motie actief deelnemen aan de uitwerking ervan. Dan wordt het resultaat vervolgens ook breder gedragen. Ik vond het opstellen van deze motie een mooie ervaring in samenwerken los van politieke kleur of coalitie/oppositie, en ik hoop dat dit bij de uitwerking wordt voortgezet.