Een RvO dat AB-leden én inwoners in positie brengt

Voorzitter het is dan eindelijk zover, na vanavond hebben we een reglement van orde voor commissies. De Partij voor de Dieren is heel blij met het gedeelde amendement dat is opgesteld, waarvoor veel dank aan de heer Dujardin en mevrouw Bierkens. We zien dat er diverse punten in zijn meegenomen die wij hadden aangekaart. Mijn verwachting was dat het erg lastig zou zijn om te komen tot een versie waar iedereen zich in kan vinden, maar gelukkig was ik daarin te voorbarig.

Dan blijven er nog een paar punten van discussie over, ingebracht door middel van amendementen. De eerste 4 zijn mede door ons ingediend en deze zal ik kort toelichten.

• Amendement 2: Het is de Partij voor de Dieren een raadsel waarom er überhaupt wordt voorgesteld om nog maar 1 persoon per fractie te laten spreken bij beeldvormende sessies. Ik zeg met een knipoog: dat was niet het geval bij de versie van dit RvO waar ik zelf nog aan mee heb geschreven. Ik vraag me af welk probleem men hiermee wil oplossen, want volgens mij wordt er zowel door commissieleden als door commissievoorzitters helemaal geen probleem ervaren. Juist in een beeldvormende sessie wil je toch optimaal gebruik maken van de denkkracht en specialismen binnen een commissie.
• Amendement 3: De Partij voor de Dieren zou het diep triest vinden als er vanavond wordt besloten om insprekers te weren van de vergadering waarin besluiten worden genomen, tevens de enige stap in het BOB-model waarbij iedereen met stemrecht aanwezig is. Ook hier vragen wij ons af: welk probleem lossen we hier eigenlijk mee op? We worden bepaald niet bedolven onder de insprekers, wás het maar zo, want dat zou laten zien dat ingezetenen ons weten te vinden en ons werk relevant vinden. Een inspreker mag nooit langer dan 5 minuten aan het woord zijn, en in totaal is er -hoeveel insprekers er ook zijn- een halfuur aan totale inspreektijd mogelijk. We hebben de veiligheidsmaatregelen al ingebouwd, in het ergste geval zijn we een halfuurtje langer aan het vergaderen. Dus laten we onze ingezetenen niet met het badwater weggooien.
• Amendement 4: Bijna niemand wil op vrijdagochtend vergaderen. Dat weten we omdat het meerdere keren is geopperd en altijd werd verworpen. Het voegt niets toe om iets in het reglement te zetten dat we -wanneer puntje bij paaltje komt- toch niet zullen doen.
• Amendement 5: We zijn gaan werken met het BOB-model omdat we overtuigd waren van de methodiek, niet omdat we het nou zo leuk vonden klinken. Tijdens de beeldvormende sessie krijgen we informatie op basis waarvan we ons oordeel kunnen vormen, en daarvoor is soms overleg met de fractie nodig of tijd om zelf nog wat dingen uit te zoeken, of simpelweg na te denken. Mijn fractiegenoot fluisterde mij wijze woorden in: “Men vormt een gedegen beeld pas na reflectie”. Als je niet teveel tijd wilt verliezen, doe je bv. de beeldvorming aan het eind van de ene vergadercyclus, op één van de nu nog onbenutte woensdagavonden, en de oordeelsvorming aan het begin van de volgende cyclus. Daarnaast hebben we in hele uitzonderlijke situaties de mogelijkheid tot het inlassen van een extra vergadering, zoals we laatst ook deden om de ledenbrief van de UvW in korte tijd de juiste aandacht te kunnen geven.

Voorzitter ten slotte. Amendement 6 zullen wij niet steunen, omdat wij vinden dat uiteindelijk de commissie moet gaan over wat er op de agenda komt en blijft, en dat doe je nou eenmaal door stemming. Over amendement 7 zijn wij nog niet helemaal uit, en wij luisteren daarom graag naar de meningen van anderen hierover.

En nog meer tenslotte, want dit kwam er gedurende de beraadslaging nog bij; de Partij voor de Dieren deelt de bezwaren van de heer Van der Kallen tegen stemming per fractie. Daar is nu geen amendement over, van de heer Van der Kallen hoeft dat ook niet per se, maar ik blijf bereid zo’n amendement alsnog in elkaar te zetten, dat is 2 minuten werk, dus ik hoor het wel als daar belangstelling voor is.

Tot zover.