Doden van dieren in het kader van scha­de­be­strijding


Indiendatum: 22 mrt. 2024

Breda, 22 maart 2024

De volgende vragen gaan over het doden van dieren in het kader van schadebestrijding op verzoek van het waterschap.

Geacht bestuur,

  1. Zijn er in deze bestuursperiode (dus vanaf maart 2023) gevallen van -mogelijke- schade door dieren aangekaart door Brabantse Delta bij de Wildbeheereenheid (WBE)? Zo ja, hebben deze schademeldingen geleid tot het doden van dieren?
  2. Wanneer Brabantse Delta een melding zoals hierboven genoemd doet bij de WBE, heeft deze dan altijd betrekking op waterveiligheid? Zo nee, in welke andere contexten kan dit gebeuren?
  3. Welke diersoorten zijn gedood in het kader van schadebestrijding naar aanleiding van een melding gedaan door waterschap Brabantse Delta, binnen deze bestuursperiode? Gelieve hierbij duidelijk aan te geven wanneer het gaat om een soort die op de rode lijst staat / wordt bedreigd in zijn voortbestaan.
  4. Is de portefeuillehouder Dierenwelzijn het met ons eens dat het waterschap informatie moet kunnen verkrijgen door middel van een informatieverzoek aan de FBE, betreffende het aantal dieren dat is gedood naar aanleiding van melding vanuit Brabantse Delta?
  5. Is de portefeuillehouder bereid om deze informatie op korte termijn op te (laten) vragen bij de FBE? Zo ja, gelieve ons te informeren over hoe en wanneer u dit op gaat pakken. Zo nee, waarom niet?
  6. Is de portefeuillehouder het met de Partij voor de Dieren eens dat het voor waterschap Brabantse Delta wenselijk en nuttig is om te weten welke gevolgen een melding van schade door Brabantse Delta bij de Wildbeheereenheid heeft voor de levens van dieren? Wij denken dan onder meer aan verantwoordelijkheidsbesef, en handelen in lijn met de door het AB aangenomen nota dierenwelzijn. Graag uw antwoord toelichten.
  7. Ziet de portefeuillehouder dierenwelzijn mogelijkheden anders dan bestrijding (door middel van doden) voor het beperken van schade door dieren waarbij doden momenteel nog wel als een oplossing wordt gezien? Graag uw antwoord toelichten.
  8. Bestaan er afspraken, of kaders vanuit wet- en regelgeving, die aangeven in welke gevallen het waterschap een melding doet bij de WBE, en is er ooit sprake van een verplichting om melding te doen? Bestaan er afspraken, of kaders vanuit wet- en regelgeving, die beschrijven hoe dergelijke meldingen door de WBE dienen te worden afgehandeld (inclusief communicatie richting het waterschap)? Heeft het waterschap afspraken (in de brede zin van het woord) met de FBE in het kader van schadebestrijding? Zo ja, om wat voor afspraken gaat het?
  9. Is het, naar de mening van het Dagelijks Bestuur, mogelijk om er als waterschap in de nabije toekomst voor te kiezen geen dieren meer te laten doden door de FBE in het kader van schadebestrijding? Zo nee, wat zijn de feitelijke redenen dat dit nu nog niet mogelijk wordt geacht?
  10. Ziet het Dagelijks Bestuur argumenten vóór de keuze om als waterschap geen dieren meer te laten doden door de FBE in het kader van schadebestrijding? Zo ja, wat zijn deze argumenten?

Met vriendelijke groet,

Fractie Partij voor de Dieren

Indiendatum: 22 mrt. 2024
Antwoorddatum: 24 apr. 2024

  1. Nee, er zijn tijdens deze bestuursperiode (maart 2023 tot nu) geen gevallen van schade of mogelijke schade door dieren gemeld bij de Wildbeheereenheid (WBE).
  2. Nee, meldingen van Brabantse Delta aan de Wildbeheereenheid (WBE) kunnen ook betrekking hebben op watersystemen en zuiveringen.
  3. Er zijn geen dieren gedood in het kader van schadebestrijding naar aanleiding van een melding door waterschap Brabantse Delta aan de Wildbeheereenheid (WBE) in deze bestuursperiode.
  4. De portefeuillehouder Dierenwelzijn is van mening dat het waterschap Brabantse Delta al de benodigde informatie kan krijgen via het Fauna Registratie Systeem (FRS). Het waterschap heeft een eigen account in het FRS waar ze hun registraties kunnen doen. Hoewel de gegevens in FRS niet openbaar zijn op perceelniveau, worden de samengevoegde gegevens wel opgenomen in het Fauna Beheerplan en rapportages van de Fauna Beheer Eenheid (FBE). Zowel de melder van de schade als de uitvoerder van de schade (beheerder) zijn verplicht om hun acties te registreren in FRS.
  5. De portefeuillehouder is bereid om deze informatie op korte termijn op te vragen bij de Fauna Beheer Eenheid (FBE). Echter, het moet worden opgemerkt dat de gegevens van de FBE niet openbaar zijn en daarom niet via de Wet openbaarheid bestuur (Wob) en Wet open overheid (Woo) opvraagbaar zijn.
  6. De Wildbeheereenheid en de Fauna Beheer Eenheid zijn verantwoordelijk voor hun handelingen en moeten zich houden aan de geldende wet- en regelgeving, inclusief het uitvoeren van het faunabeheer volgens het vastgestelde plan. Het Faunabeheerplan 2023-2029 is unaniem vastgesteld door het bestuur van de Fauna Beheer Eenheid en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten. Het waterschap ondersteunt dit plan en verleent medewerking aan de uitvoering ervan volgens de genoemde eisen. De nota dierenwelzijn van het waterschap Brabantse Delta onderschrijft ook het faunabeheerplan en geeft richtlijnen voor het handelen in lijn met deze plannen. In de nota dierenwelzijn is de volgende passage opgenomen:
    De portefeuillehouder wil benadrukken dat er vanuit Brabantse Delta sinds maart 2023 geen melding aan de WBE is gedaan. Er zijn dus geen dieren gedood door de wildbeheereenheid op verzoek van het waterschap, terwijl er natuurlijk wel schade (bv graafschade) door dieren is. Het waterschap heeft dit tot nu toe met preventieve maatregelen opgelost. Een mooi resultaat van deze bestuursperiode, hetgeen ook aangeeft dat er verantwoordelijkheidsbesef is naar dieren en er wordt gehandeld in lijn met de nota dierenwelzijn.
  7. De portefeuillehouder dierenwelzijn geeft aan dat het waterschap zich conformeert aan het vastgestelde Fauna Beheer Plan, waarin adaptief beheer is opgenomen als een mogelijke werkwijze. Binnen dit kader wordt vaak gebruik gemaakt van het op perceelniveau verjagen van dieren met behulp van ondersteunend afschot. Dit betekent dat het waterschap momenteel de benadering van bestrijding door middel van doden als een oplossing beschouwt, maar ook andere methoden zoals verjaging hanteert als onderdeel van het adaptieve beheer volgens het Fauna Beheer Plan. Wel moet worden benadrukt dat het waterschap zelf altijd probeert om preventieve maatregelen eerst te gebruiken, met als resultaat dat er geen meldingen naar de WBE zijn gegaan (zie antwoord op vraag 6).
  8. Ja, er bestaan afspraken en kaders vanuit wet- en regelgeving die aangeven in welke gevallen het waterschap een melding doet bij de Wildbeheereenheid (WBE). Dit omvat onder andere het Beverprotocol als handelingskader, en de naleving van specifieke artikelen binnen de Omgevingswet, namelijk art. 11.37, 11.46 en 11.54. Daarnaast heeft het waterschap heeft zich ook gecommitteerd aan afspraken met de Faunabeheereenheid (FBE) in het kader van schadebestrijding, zoals vastgelegd in het Faunabeheerplan.
  9. Het Dagelijks Bestuur van het waterschap acht het zowel mogelijk als niet mogelijk om ervoor te kiezen om geen dieren meer te laten doden door de Fauna Beheer Eenheid (FBE) in het kader van schadebestrijding. De redenen zijn:
    Ja, het is mogelijk om geen dieren meer te laten doden door de FBE, maar in dat geval kan het waterschap verantwoordelijk worden gehouden voor de geleden schade. Dit kan ook leiden tot beperkingen op aanliggende percelen, omdat beheer en schadebestrijding daar mogelijk niet meer uitgevoerd kunnen worden vanwege de geldende wet- en regelgeving, zoals ruimtelijke bepalingen met betrekking tot een jachtveld.
    Nee, het is niet mogelijk omdat de FBE niet de autoriteit heeft om hierover te beslissen; deze beslissing ligt op het niveau van de Wildbeheereenheid (WBE) of op perceelniveau.
  10. Het Dagelijks Bestuur geeft aan dat er argumenten zijn vóór de keuze om als waterschap geen dieren meer te laten doden door de Fauna Beheer Eenheid (FBE) in het kader van schadebestrijding. Deze argumenten zijn echter niet specifiek vermeld in het gegeven antwoord, maar kunnen worden afgeleid uit het eerdere antwoord op vraag 9. Hieruit blijkt dat het waterschap weliswaar de mogelijkheid ziet om geen dieren meer te laten doden door de FBE, maar dat dit gevolgen kan hebben, zoals verantwoordelijkheid voor geleden schade en beperkingen in beheer en schadebestrijding op aanliggende percelen.

Interessant voor jou

Levende bijvangst muskusrattenbestrijding

Lees verder

Constructief meedenken en win-win oplossingen zoeken

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer